Pleiten heeft in onze taal en ons spraakgebruik een juridische bijklank. In de bijbel wordt het ook een enkele keer gebruikt in de betekenis van aanklagen. Maar we vinden ook een aantal keren dat de geest pleit voor ons. En dat Christus is gezeten aan Gods rechterhand en daar voor ons pleit. Betekent dit dat Hij optreedt als onze advocaat, om ons te verdedigen tegen Gods toorn of aanklachten? Of is het anders? In deze studie willen we de Schriftplaatsen waar gesproken wordt over pleiten eens nader bezien.